Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Want het Lam, Dat in het midden des troons is, zal hen weiden, en zal hun een Leidsman zijn tot [29]levende fonteinen der wateren; en God zal alle tranen van hun ogen [30]afwissen. 29. Dat is de volheid der gaven van den Heiligen Geest. Zie Joh.4:14, en Joh.7:38, en hfdst.22 vs.1. 30. Een gelijkenis van een voedster of moeder, die haar kind dat schreit vertroost; en hier wordt zulk een afwissen verstaan, waar geen andere tranen meer op zullen volgen. Zie Jes.25:8, en hfdst.21 vs.4.